De OpenWrt One wordt gevoed via USB-C of PoE (IEEE 802.3af, max. 13 watt). De One heeft 15 volt nodig van USB-PD-compatibele adapters, maar in onze test werkte hij ook op 5 volt. Mobiel gebruik met een powerbank is dus geen probleem. Bovendien is de module voor PoE (IEEE 802.3af) af fabriek geïnstalleerd, zodat de OpenWrt One ook via de netwerkkabel gevoed kan worden.
De opslag kan eenvoudig worden uitgebreid dankzij het M.2-slot (2230, 2242). Het biedt één PCIe2.0 lane (tot 500 MB/s). De ontwikkelaars hebben aangekondigd dat het slot bootable zal zijn met een toekomstige U-Boot update, zodat Linux distributies zoals Debian, die niet op het NAND flash passen, geboot kunnen worden.
De One heeft een USB 2.0-poort (480 Mbit/s) voor randapparatuur. De USB-C poort aan de voorkant maakt alleen verbinding met de USB SerialChip, die toegang biedt tot de OpenWrt-shell. Als toegang via SSH of de webinterface niet meer werkt, is de commandoregel nog steeds toegankelijk zonder het hele apparaat te moeten resetten.
De mikroBUS interface op het bord is vooral leuk voor hobbyisten en ontwikkelaars. Het plug-in formaat dat bestaat uit twee achtpins headers is voorzien van SPI, I2C, 5 volt, 3,3 volt, een UART-interface en een ADC-pin. De insteekkaarten, Clicks genaamd, breiden het hostsysteem uit met bijvoorbeeld GNSS, LTE, LoRa of Bluetooth. Omdat mikroBUS gebruik maakt van typische 2,54 millimeter insteekconnectoren, staat ook niets het gebruik van andere hardware, zoals I2C-sensors, in de weg. Het enige wat we graag hadden gezien zijn twee (afgedekte) gaten voor optionele SMA-aansluitingen om draadloze mikroBUS-modules met antennes buiten de behuizing te kunnen plaatsen.

Bij de OpenWrt One is niet alleen de software maar ook de hardware opensource. Hij biedt goede uitbreidingsmogelijkheden via een NVMe-slot en mikroBUS-interface. Externe randapparatuur sluit je aan via een usb-poort.